Veganistisch eten is in de mode. Het kan heel gezond zijn, maar je loopt een risico dat je tekorten krijgt aan bepaalde voedingsstoffen. Hoe is dat te voorkomen?
Veganisten eten niets wat van dieren komt, dus geen vlees, vis, eieren, melk of kaas. Veganistische gerechten bestaan bijvoorbeeld uit granen, bonen, tofu (sojakaas), groenten en fruit. Zo’n plantaardig voedingspatroon is goed voor het klimaat. Een kwart van alle broeikasgassen wordt direct of indirect veroorzaakt door landbouw en veeteelt[1] en een onevenredig groot deel daarvan komt voor rekening van vlees en zuivel.[2]
Een ander voordeel is dat veganisten langer gezond blijven dan omnivoren; ze krijgen met name minder hart- en vaatziekten, kanker en diabetes. Dat komt niet alleen maar doordat ze bonen eten in plaats van vlees; veganisten roken ook minder, bewegen meer en zijn slanker[3]. Maar de samenstelling van hun eten helpt ongetwijfeld tegen hart- en vaatziekten; ook word je van een T-bone van bloemkool[4] minder dik dan van een echte T-bone steak. Het is gezond om minder dierlijke en meer plantaardige producten te eten.[5]
Maar niet alles is rozengeur en maneschijn. Sommige voedingsstoffen komen vooral of uitsluitend voor in vlees, eieren en zuivel en minder of helemaal niet in planten. Daardoor kunnen veganisten tekorten krijgen; dat is met name voor kinderen een serieus risico. Planten bevatten bijvoorbeeld geen vitamine B12. Een tekort daaraan leidt er op den duur  toe dat de rode bloedcellen en de hersenen worden aangetast; dat hebben we in Nederland meegemaakt bij streng macrobiotisch gevoede kinderen. In het veganistisch dieet kan ook te weinig calcium,[6] vitamine D, omega-3 vetzuren, ijzer, zink of jodium zitten. Dat laatste is nodig voor het maken van schildklierhormoon. Het  zit van nature in vis maar dat eten Nederlanders niet veel; daarom moesten vroeger de bakkers jodium aan het brood toevoegen. Tegenwoordig mag de regering dat niet meer verplichten,[7] maar omdat de minister van VWS het vraagt voegen Nederlandse bakkers nog steeds jodium toe en daarom hebben wij geen jodiumtekort. Maar veel biologische bakkers voegen geen jodium toe, ze vinden dat niet natuurlijk.[8] Een veganist die biologisch brood eet krijgt daarom gemakkelijk een tekort aan jodium.[9] Gebruik van jodiumhoudend zout helpt een beetje maar niet genoeg, zeewier levert soms te weinig jodium en soms gevaarlijk veel en supplementen kun je niet vertrouwen, want daar zit niet altijd in wat het etiket beweert.[10] Het is bijna geen doen om als veganist van alles genoeg binnen te krijgen en van niets te veel.
Daarom ben ik ervoor dat de overheid weer mag voorschrijven om vitamines en mineralen aan voedsel toe te voegen. Die bevoegdheid ging teloor na de jaren zestig. Het begon in 1973 toen de Hoge Raad bepaalde dat fluoridering van drinkwater tegen de wet was.[11] Dat leidde ertoe dat arme kinderen meer rotte kiezen kregen dan rijke, want hoog opgeleide ouders gaven hun kinderen vaak fluortabletjes.[12] Daarna volgde afschaffing van de meeste regels voor toevoeging van voedingsstoffen. Het idee was dat de zelfstandige burger zelf wel kon uitmaken wat gezond is. Hoog opgeleiden kunnen dat gemiddeld echter beter dan laag opgeleiden; dat is een van de redenen dat hoog opgeleiden gemiddeld twaalf jaar langer gezond blijven.[13]
Gezond veganistisch eten is zelfs voor academici niet simpel. Je moet de verpakkingen van vegaburgers, boekweitdrinken, tofublokjes en kokosrepen bestuderen met een vergrootglas, intikken in je spreadsheet hoeveel er van elk vitamine en mineraal in zit, uitrekenen hoeveel je per dag in totaal binnenkrijgt en dat vergelijken met de aanbevolen hoeveelheden. Daar heb je een opleiding voeding of diëtetiek, een rekenknobbel en veel tijd voor nodig.
Ik stel daarom voor dat de overheid regels maakt voor de samenstelling van bepaalde veganistische voedingsmiddelen. Om te beginnen moet er jodium worden toegevoegd aan al het biologische brood. Verder moeten typische vlees- en melkvervangers worden verrijkt met vitamine D, vitamine B12, calcium, jodium en omega-3 vetzuren. Als overgangssituatie zou je een officieel regeringslogo kunnen invoeren voor producten met de juiste samenstelling. Een door de overheid gecontroleerde en goedgekeurde multivitaminepil voor veganisten zou ook handig zijn.
Is dat betuttelen? Ik vind van niet. Wetgeven is grenzen stellen: je moet je autogordel om, heroïne mag niet, rijken moeten meer belasting betalen dan armen, kranten vallen onder het lage BTW tarief en smartphones onder het hoge. Het verschil tussen betuttelen en grenzen stellen is dat de betuttelaar iemand iets opdringt tegen zijn wil. Dat willen mensen niet, als ze zich niet gehoord voelen zetten ze de hakken in het zand. Beperken en regelgeven is soms noodzakelijk, maar er moet wel draagvlak voor zijn. Staatssecretaris Blokhuis heeft dat met zijn Preventieakkoord goed gezien. Nederland is nog niet rijp voor een friskdranktaks, dat vereist meer overleg. Er moet ook nog een hoop worden gepraat voordat wettelijk is geregeld dat veganistisch voedsel alles bevat wat we nodig hebben, maar als genoeg mensen het willen komt het er. Dan wordt veganistisch eten pas echt gezond.

[1] Vermeulen, S.J., Campbell, B.M., and Ingram, J.S.I. (2012). Climate Change and Food Systems. Annu. Rev. Environ. Resour. 37, 195–222. ‘Food systems contribute 19%–29% of global anthropogenic greenhouse gas (GHG) emissions’  
Hallström, E., Carlsson-Kanyama, A., and Börjesson, P. (2015). Environmental impact of dietary change: a systematic review. Journal of Cleaner Production 91, 1–11. “According to the IPCC, the agriculture sector is responsible for 10-12% of the global anthropogenic GHG emissions (Smith et al., 2007). However, if emissions from the entire life cycle of food are accounted for (including emissions from land use change) the agri-food sector is responsible for about one third the global anthropogenic GHG emissions (Garnett, 2011).”
[2] Westhoek, H. et al (2014). Food choices, health and environment: Effects of cutting Europe’s meat and dairy intake. Global Environmental Change 26, 196–205.
Hallström, E., Carlsson-Kanyama, A., and Börjesson, P. (2015). Environmental impact of dietary change: a systematic review. Journal of Cleaner Production 91, 1–11.
[3] Tharrey, M. et  al. (2018). Patterns of plant and animal protein intake are strongly associated with cardiovascular mortality: the Adventist Health Study-2 cohort. Int J Epidemiol 47, 1603–1612. Table 3.
[4] www.foodandfriends.nl/recepten/tbone-van-bloemkool.html
[5] Voor een goed overzicht zie Voedingscentrum. Factsheet Vegetarisch en veganistisch eten.   www.voedingscentrum.nl/Assets/Uploads/voedingscentrum/Documents/Ontwerp_Vegetarisch%20en%20veganistisch%20eten_defLR_2018.pdf
[6] Veganisten hebben gemiddeld lagere botdichtheid, maar lager lichaamsgewicht kan daarbij ook meespelen. Smith, A.M. (2006). Veganism and osteoporosis: A review of the current literature. International Journal of Nursing Practice 12, 302–306.
Appleby, P., Roddam, A., Allen, N., and Key, T. (2007). Comparative fracture risk in vegetarians and nonvegetarians in EPIC-Oxford. Eur J Clin Nutr 61, 1400–1406.
[7] Hoge Raad 10 april 1984. Jodiumhoudend broodzout. NJ 1984,612
[8] Consumentenbond 6 oktober 2017. Bakkerszout: welke bakkers het gebruiken.  www.consumentenbond.nl/voedingsmiddelen/bakkers-en-bakkerszout
[9] Park, C., Watson, W., Bevan, J., and Abraham, P. (2005). Iodine deficiency goitre in the United Kingdom - the result of a vegan diet. Endocrine Abstracts, 9, 176.
 Shaikh, M.G., Anderson, J.M., Hall, S.K., and Jackson, M.A. (2003). Transient neonatal hypothyroidism due to a maternal vegan diet. J. Pediatr. Endocrinol. Metab. 16, 111–113.
Yeliosof, O., and Silverman, L.A. (2018). Veganism as a cause of iodine deficient hypothyroidism. Journal of Pediatric Endocrinology and Metabolism 31, 91–94.
Lightowler, H.J., and Davies, G.J. (1998). Iodine intake and iodine deficiency in vegans as assessed by the duplicate-portion technique and urinary iodine excretion. British Journal of Nutrition 80, 529–535.
Leung, A.M., LaMar, A., He, X., Braverman, L.E., and Pearce, E.N. (2011). Iodine Status and Thyroid Function of Boston-Area Vegetarians and Vegans. The Journal of Clinical Endocrinology & Metabolism 96, E1303–E1307.
Ander probleem met plantaardig voedsel is dat rauwe koolsoorten (incl. spruitjes) isothiocyanaat en andere goitrogenen bevatten die de vorming van schildklierhormonen kunnen storen.
Opmerkelijk genoeg vonden Tonstad et al juist minder schildklierproblemen bij veganisten: Tonstad, S., Nathan, E., Oda, K., and Fraser, G. (2013). Vegan Diets and Hypothyroidism. Nutrients 5, 4642–4652.
[10] Consumentenbond. Supplementen bevatten niet altijd beloofde hoeveelheid jodium. 6 okt 2017. www.consumentenbond.nl/voedingsmiddelen/supplementen-bevatten-niet-altijd-beloofde-hoeveelheid-jodium
Leung, A.M., Pearce, E.N., and Braverman, L.E. (2009). Iodine Content of Prenatal Multivitamins in the United States. New England Journal of Medicine 360, 939–940.
[11] Hoge Raad: fluor mag niet. Het Vrije Volk, 23-06-1973, p. 1. De Hoge Raad bepaalde dat fluoridering pas toegestaan was als het parlement dat uitdrukkelijk bij wet zou regelen. De Hoge Raad vernietigde daarmee een vonnis van het gerechtshof te Amsterdam, dat de bestaande fluoridering van Amsterdamse drinkwater toelaatbaar achtte. In de Tweede Kamer bleek veel verzet tegen een fluorideringswet en in 1976 gaf de regering het daarom op. (Meerderheid blijft tegen - Wet fluoridering maakt geen kans in Kamer . Leeuwarder courant, 12-03-1976)
Zie verder www.mkatan.nl/nrc-columns/478-27-01-2013-lekker-vechten
[12] De Vries, H.C.B., Lucker, T.P.C., Cremers, S.B.L., and Katan, M.B. (1990). Food choice and caries experience in Dutch teenagers as a function of the level of education of their parents. Eur J Clin Nutr 44, 839–846.
Truin GJ, persoonlijke mededeling. Resultaten onderzoek Den Haag , periode 1969-1998.
[13] CBS Statline. Gezonde levensverwachting; onderwijsniveau,  19 oktober 2017. 2013-2016, mannen + vrouwen.